HUH?! en massagraven vol met koningen.

Een aantal weken geleden was ik in Parijs. Op de heen weg zijn we gestopt in een banlieu van Parijs, Saint-Denis. Daar staat onder andere het Stade de France, waar Frankrijk zijn interlands speelt. Erg groot en indrukwekkend. Maar daarom waren we daar niet.

Midden in deze niet zo mooie voorstad ligt namelijk de basiliek van Saint-Denis. En in deze basiliek liggen de meeste koningen van Frankrijk begraven. Nou ja, “begraven”.

Saint-Denis, of Sint Dyonisius, zou hier begraven zijn. Hij was een missionaris toen de Romeinen nog de baas waren in wat nu Frankrijk is. Daarmee werd dit een pelgrimsoord en gaandeweg ontstonden er een abdij en een kerk. Het huidige gebouw is gebouwd in de twaalfde tot de dertiende eeuw.

Dan die koningen. Koning Lodewijk IX (Saint-Louis) en zijn vrouw Blanca van Castilië besloten in de dertiende eeuw dat de kerk de vaste plaats moest worden om de Franse koningen te begraven. Voor die tijd waren hier al verschillende koningen begraven, maar nu werden ze allemaal verzameld en hier begraven. Ook werden voor veel van de begravenen beelden voor op hun graven gemaakt. En zo bleef de kerk lange tijd de plaats waar de koningen, koninginnen en veel van hun hovelingen begraven werden. Van alle koningen van voor de Franse revolutie, zijn er slechts drie niet hier begraven.

En toen kwam dus de Franse revolutie aan het eind van de achttiende eeuw en die keerde zich tegen dit soort projecten. Een aannemer kreeg de opdracht de grafkisten open te maken (wat gebeurde met koevoeten en houwelen) en de lijken, voor zover niet verdwenen door natuurlijke processen, werden er uitgehaald. De website van de kerk vermeldt daar het volgende over (hier geciteerd in het Engels):

In autumn 1793, the royal remains buried in the tombs of the basilica were thrown, mixed with lime, into two mass graves in the cemetery north of the abbey, the current Pierre de Montreuil garden. Workmen, armed with pickaxes and crowbars, opened the coffins. A report on the exhumation of the bodies was drawn up by Dom Poirier, a scrupulous witness of these days. The first exhumed remains were those of Henry IV. The “Green Gallant” was so well preserved by natural mummification that he was put on display for two days against a pillar in the crypt. Louis XIV was as black as ink, probably due to the development of gangrene, the cause of his death. Louis XV had been carefully wrapped in linen and strips of material and seemed to be in good condition. But as soon as the body was lifted out it dissolved in “liquid putrefaction”. Today, none of these tombs contain any remains.

In 1814 komt Lodewijk XVIII op de troon. Hij besluit de graven in ere te herstellen, voor zover dat gaat. Hij laat zoeken naar restanten in de omgeving waar de massagraven zouden moeten liggen. Na een tijdje worden verschillende restanten gevonden en in twee ossuaria geplaatst. Die ossuaria zijn er nog.

En dat is heel raar. Je loopt rond in de crypte van de kerk, waar ook de restanten van Marie-Antoinette en Lodewijk XVI (allebei onthoofd tijdens de revolutie) liggen. Dan kom je een kamertje tegen, waar je in komt via een smal gangetje. En dan zie je links en rechts twee marmeren panelen met daarop allemaal namen. En daarachter liggen de restanten van honderden beroemde mensen. Dat is dus raar.
Want ik heb verschillende boeken gelezen over de geschiedenis van wat nu Frankrijk is. En daar liggen ze dan, op elkaar gepropt, allemaal op elkaar en door elkaar, voor zover er nog wat van ze over was toen ze weer opgegraven waren: Lodewijk XIV de Zonnekoning, Catherina de Medici, verschillende koningen uit de 100-jarige oorlog, Philips Augustus (die samen met Richard Leeuwenhart op kruistocht was geweest). En nog vele anderen. Bovendien liggen er in de crypte allemaal kapotgeslagen stenen grafkisten en boven zie je de grafbeelden die de revolutie overleefd hebben.

Ik ben er nog steeds niet uit waarom ik het zo raar vind. Het heeft te maken met het feit dat zulke beroemde mensen, die zichzelf zo belangrijk vonden (en zó belangrijk werden gevonden), zo marginaal eindigen. Dat een zo belangrijke plaats in zo’n achterafwijk staat. Dat je de namen van bijna tweeduizend geschiedenis zo op elkaar gepropt ziet. Dat het verleden, zelfs als het verleden is, nog steeds zó ontzettend veranderbaar is. Maar is vind ik het vooral vervreemdend, heel raar.

Olivier

De kleine kamer met de twee massagraven

Hubert Robert, Violation Des Caveaux A Saint Denis, te zien in het musée Carnavalet

 

Website van het museum: Basilique cathédrale de Saint-Denis (saint-denis-basilique.fr)