HUH?! Jona Lendering over het Antieke Jodendom, of de “betrouwbaarheid” van verhalen.

Ik heb het college geluisterd van Jona Lendering bij Home Academy over het Antieke Jodendom. Daarin vertelt hij over het wezen en het ontstaan van het antieke Jodendom en de relatie met het Christendom. Ik beleefde daar een HUH?! toen hij vertelde over de samenleving waarin deze geschiedenis zich afspeelt.

 

Die samenleving was een boerensamenleving, een agrarische samenleving. In die wereld werkte negen op de tien mensen op het platteland. Tegenwoordig is die verhouding totaal anders: nu is één op de twintig mensen in onze samenleving boer. In die oude samenleving waren er dus ook maar weinig mensen die met iets anders bezig konden zijn dan het produceren van voedsel. Dat betekent dat verhoudingsgewijs dus ook dat er minder soldaten, bestuurders, onderwijzers, etc waren. Slechts één op de tien mensen kon ook lezen of schrijven in de antieke wereld. Dat heeft gevolgen voor hoe mensen bepalen of iets geloofwaardig is.

Tegenwoordig investeren wij als maatschappij veel in het achterhalen van de feiten. We investeren in wetenschap en veel mensen lezen de krant of volgen andere journalistieke bronnen. Op internet kan je à la minute uitzoeken hoe iets zit. Op die manier controleren wij het waarheidsgehalte van een verhaal. Komt het overeen met de feiten zoals wij die kennen uit de wetenschap en de journalistiek? Wij willen weten of een verhaal betrouwbaar is.

In de oudheid had men die controlemiddelen niet. De enige manier om te bepalen of iets betrouwbaar was, was door te kijken of het verhaal overeenkwam met soortgelijke verhalen. Een bepaald soort verhaal vraagt om een bepaald soort ondersteunend verhaal. Heel concreet: als iemand gezag had, dan kon hij wonderen verrichten. Dat was namelijk wat er uit verhalen over gezaghebbende mensen naar voren kwam: zij konden wonderen verrichten. Dus op het moment dat je een verhaal hoorde over een gezaghebbende die een wonder verrichte, wist je dat diegene dat gezag inderdaad had.

Lendering geeft als voorbeeld Vespasianus. Deze generaal wordt op een gegeven moment keizer en vanaf dat moment duiken de verhalen op dat hij mensen kan genezen met een handoplegging: een wonder. En dus is zijn gezag legitiem. Het is niet belangrijk of hij echt mensen genezen kon. Die wonderverhalen werden niet verteld om de ‘waarheid’ te vertellen zoals wij die kennen. Die wonderverhalen werden verteld om te laten zien dat zijn gezag legitiem was.

Hetzelfde geldt voor iemand die over water kon lopen. Het ging er niet om of hij dat werkelijk gedaan had of niet. Het ging erom dat zo iemand legitiem gezag had.

Waarom vind ik dit zo geweldig? Waarom heb ik hier een HUH?! moment? Daar heb ik verschillende redenen voor.

  • Ik word er heel blij van. Ik voel letterlijk een soort sprong in mijn buik. Opeens snap ik iets. Ik heb het gevoel dat ik een glimp opvang van hoe het vroeger was. Het is geen tijdreizen, maar zo voelt het wel bijna een beetje.
  • Ik zie de beperkingen van mijn eigen denken. Ik zie eens te meer dat mijn manier van denken niet dé manier is. Wat betekent dat voor mijn manier van denken? Is dat dan wel de juiste manier? Dat helpt mij in mijn zoektocht naar de waarheid, die ik dus kennelijk zo belangrijk vind.

Jona Lendering heeft verschillende colleges verzorgd voor Home Academy. Daarnaast heeft hij veel boeken geschreven over de oudheid: over Alexander de Grote, over de methoden van de oudheidkunde, over vervalsingen en over nog veel meer. Stuk voor stuk zeer interessant en vol met HUH?! momenten.

Olivier